Financiële staten

Het gaat hierbij om de volgende overzichten:
6.3.1 Geprognosticeerde balans
6.3.2 Overzicht van vaste activa;
6.3.3 Reserves en voorzieningen;
6.3.4 EMU-saldo 2016

6.3.1 Geprognosticeerde balans

 Activa

31-12-2015

31-12-2016

Bedragen x € 1.000

Vaste activa

Materiële vaste activa:

     Investeringen met een economisch nut

625.902

629.292

     Investeringen in openbare ruimte met maatschappelijk nut

58.441

62.487

Financiële vaste activa

95.488

85.216

Immateriële vaste activa

Totaal vaste activa

779.831

776.995

Vlottende activa

Onderhanden werk

70.000

65.000

Voorraden

38.600

24.000

Kortlopende vorderingen

56.000

60.000

Liquide middelen

Overlopende activa

1.500

1.000

TOTAAL

945.931

926.995

 Passiva

31-12-2015

31-12-2016

Bedragen x € 1.000

Eigen vermogen

Algemene reserves

40.299

48.681

Bestemmingsreserves

93.990

66.739

Totaal eigen vermogen

134.289

115.420

Voorzieningen

9.653

10.670

Langlopende schulden

684.489

709.756

Totaal vaste passiva

828.431

835.846

Vlottende passiva

Kortlopende schulden

7.500

16.000

Liquide middelen

60.000

30.149

Overlopende passiva

50.000

45.000

Totaal vlottende passiva

117.500

91.149

TOTAAL

945.931

926.995

6.3.2 Vaste activa

Aanschafwaarde

Investering

Desinvestering

Aanschafwaarde

Afschrijving

Afschrijving

Afschrijv. des-

Afschrijving

Boekwaarde

Boekwaarde

Rente 2016

Omschrijving

01-01-2016

2016

2016

31-12-2016

01-01-2016

2016

invest. 2016

31-12-2016

01-01-2016

31-12-2016

4,00%

bedragen x € 1.000

Immateriële vaste activa

0

0

0

0

0

0

0

0

0

0

0

Materiële vaste activa:

Investeringen met een economisch nut :

- Gronden en terreinen

77.875

0

77.875

15.665

0

0

15.665

62.210

62.210

2.488

- Woonruimten

0

0

0

0

0

0

0

0

0

0

0

- Bedrijfsgebouwen

463.828

1.632

0

465.460

104.148

12.160

0

116.308

359.680

349.152

14.387

- Grond-, weg- en waterbouwkundige werken

199.094

15.126

0

214.220

39.579

5.456

0

45.035

159.515

169.185

6.381

- Vervoermiddelen

2.688

207

0

2.895

748

389

0

1.137

1.940

1.758

78

- Machines, apparaten en installaties

33.201

7.111

0

40.312

14.013

4.455

0

18.468

19.188

21.844

768

- Overige materiële vaste activa

35.924

4.252

0

40.176

12.555

2.478

0

15.033

23.369

25.143

935

Totaal investeringen met een economisch nut

812.611

28.328

0

840.939

186.709

24.938

0

211.647

625.902

629.292

25.036

Investeringen openbare ruimte met maatschappelijk nut :

- Gronden en terreinen

0

0

0

0

0

0

0

0

0

0

0

- Woonruimten

0

0

0

0

0

0

0

0

0

0

0

- Bedrijfsgebouwen

0

0

0

0

0

0

0

0

0

0

0

- Grond-, weg- en waterbouwkundige werken

76.637

6.932

0

83.569

18.606

2.832

0

21.438

58.031

62.131

2.321

- Vervoermiddelen

0

0

0

0

0

0

0

0

0

0

0

- Machines, apparaten en installaties

357

0

0

357

0

36

0

36

357

321

14

- Overige materiële vaste activa

175

0

0

175

123

18

0

141

53

35

2

Totaal materiële vaste activa

889.780

35.260

0

925.040

205.438

27.824

0

233.262

684.342

691.778

27.374

Financiële vaste activa:

Kapitaalverstrekkingen aan :

-Deelnemingen

1.241

0

0

1.241

0

0

0

0

1.241

1.241

0

-Gemeenschappelijke regelingen

0

0

0

0

0

0

0

0

0

0

0

-Overige verbonden partijen

0

0

0

0

0

0

0

0

0

0

0

Leningen aan :

-Woningbouwcorporaties

13.939

0

11.132

2.807

0

0

0

0

13.939

2.807

558

-Deelnemingen

0

0

0

0

0

0

0

0

0

0

0

-Overige verbonden partijen

0

0

0

0

0

0

0

0

0

0

0

Totaal leningen aan

13.939

0

11.132

2.807

0

0

0

0

13.939

2.807

558

Overige langlopende leningen

33.151

2.002

31.149

0

0

0

0

33.151

31.149

1.326

Overige uitzettingen met een rentetypische looptijd van één jaar of langer

38.500

5.000

5.000

38.500

0

0

0

0

38.500

38.500

1.540

Bijdragen aan activa in eigendom van derden

13.318

3.500

0

16.818

4.661

638

0

5.299

8.657

11.519

346

Totaal vaste activa

989.929

43.760

18.134

1.015.555

210.099

28.462

0

238.561

779.831

776.995

31.144

6.3.3 Reserves en voorzieningen

JV 2014 

Begroot 2015

 Stand per

Begroot 2016

 Stand per

Begroot 2017

 Stand per

Begroot 2018

Stand per 

Begroot 2019

Omschrijving

Bedragen x € 1.000

31-12-2014 /
01-01-2015

Toe-
voeging

Ont-
trekking

31-12-2015 /
01-01-2016

Toe-
voeging

Ont-
trekking

31-12-2016 /
01-01-2017

Toe-
voeging

Ont-
trekking

31-12-2017 /
01-01-2018

Toe-
voeging

Ont-
trekking

31-12-2018 / 
01-01-2019

Toe-
voeging

Ont-
trekking

Stand per
31-12-2019 / 
01-01-2020

Algemene Reserve (AR)

47.567

7.173

14.441

40.299

10.133

1.751

48.681

5.072

1.881

51.872

3.831

53

55.650

5.283

50

60.883

Bestemmingsreserves (BR)

97.462

36.857

40.329

93.990

14.094

41.345

66.739

11.051

15.935

61.855

10.282

10.375

61.762

7.010

14.573

54.199

Totaal voorzieningen

7.200

4.486

2.828

8.858

3.586

3.443

9.001

3.586

2.050

10.537

3.586

2.831

11.292

3.586

2.587

12.291

Totaal reserves

145.029

44.030

54.770

134.289

24.227

43.096

115.420

16.123

17.816

113.727

14.113

10.428

117.412

12.293

14.623

115.082

Bedragen x € 1.000

Verz.bsl-2 2015

0

4.016

2.149

1.867

-414

-1

1.454

-130

-1

1.325

-175

-1

1.151

-192

-1

960

Totaal reserve excl. Vzb-2

145.029

48.046

56.919

136.156

23.813

43.095

116.874

15.993

17.815

115.052

13.938

10.427

118.563

12.101

14.622

116.042

* In dit overzicht zijn in de standen van de reserves de effecten van het verzamelbsluit 2-2015 meegenomen

Verloop Bestemmingsreserves

Begroot 2015

Begroot 2016

Begroot 2017

Begroot 2018

Begroot 2019

P/R

Omschrijving

JV 2014

Stand per

Stand per

Stand per

Stand per

Stand per

31-12-2014 /

Toe-

Ont-

31-12-2015 /

Toe-

Ont-

31-12-2016 /

Toe-

Ont-

31-12-2017 /

Toe-

Ont-

31-12-2018 / 

Toe-

Ont-

31-12-2019 / 

01-01-2015

voeging

trekking

01-01-2016

voeging

trekking

01-01-2017

voeging

trekking

01-01-2018

voeging

trekking

01-01-2019

voeging

trekking

01-01-2020

P5

Buitengewoon Beter

4.237

400

931

3.706

0

3.155

551

0

551

0

0

0

0

0

0

0

P9

Veilig ondernemen

115

0

0

115

0

0

115

0

0

115

0

0

115

0

0

115

R0

Onderzoek Rekenkamer

176

0

0

176

0

0

176

0

0

176

0

0

176

0

0

176

R0

Raad

40

0

0

40

0

0

40

0

0

40

0

0

40

0

0

40

R1

Integrale veiligheid

195

0

195

0

0

0

0

0

0

0

0

0

0

0

0

0

R2

Bereikbaarheid

1.501

2.011

772

2.740

3.375

3.735

2.380

3.345

3.521

2.204

3.301

3.617

1.888

3.261

3.645

1.504

R2

Groot onderhoud en vervanging Openbare Ruimte

1.722

0

75

1.647

0

1.141

506

0

323

183

0

0

183

0

0

183

R3

Sociaal Economisch Fonds

384

0

120

264

0

0

264

0

0

264

0

0

264

0

0

264

R3

Evenementen

286

442

80

648

0

400

248

0

0

248

0

0

248

0

0

248

R4

Investering Brede scholen

518

0

518

0

0

0

0

0

0

0

0

0

0

0

0

0

R4

Combinatiefuncties brede scholen

108

0

108

0

0

0

0

0

0

0

0

0

0

0

0

0

R4

Onderwijs

105

4.890

1.947

3.048

3.975

540

6.483

3.237

1.189

8.531

1.865

3.564

6.832

714

4.580

2.966

R5

Beeldbepalende culturele manifestaties

413

142

0

555

0

100

455

0

0

455

0

0

455

0

0

455

R5

Beeldende en Monumentale Kunst

88

0

23

65

0

23

42

0

0

42

0

0

42

0

0

42

R5

Sport

21

0

21

0

0

0

0

0

0

0

0

0

0

0

0

0

R5

Nationaal actieplan Sport en bewegen

36

0

36

0

0

0

0

0

0

0

0

0

0

0

0

0

R5

Kunstgrasvelden

717

0

717

0

0

0

0

0

0

0

0

0

0

0

0

0

R5

Cultuur in Rijnboog

10.897

7.354

5.945

12.306

2.354

8.966

5.694

2.144

73

7.765

2.301

1.598

8.468

2.349

1.573

9.244

R5

Renovatie Musis Sacrum

3.862

0

3.862

0

0

0

0

0

0

0

0

0

0

0

0

0

R5

Verzelfstandiging Domein

0

0

0

0

0

0

0

0

0

0

0

0

0

0

0

0

R5

Rijnboog (naam wijzigen in Zuidelijke binnenstad)

7.510

0

0

7.510

0

0

7.510

0

0

7.510

0

0

7.510

0

3.900

3.610

R5

Groenfonds

465

0

419

46

0

0

46

0

0

46

0

0

46

0

0

46

R6

Van Diemenhof

234

0

234

0

0

0

0

0

0

0

0

0

0

0

0

0

R6

Renterisico stadsbank  

164

0

164

0

0

0

0

0

0

0

0

0

0

0

0

0

R6

Participatie (was WWB Werkdeel)

949

0

38

911

0

0

911

0

0

911

0

0

911

0

0

911

R6

Maatschappelijke opvang

179

0

0

179

0

0

179

0

0

179

0

0

179

0

0

179

R6

Arnhems samenlevingsbeleid

58

0

58

0

0

0

0

0

0

0

0

0

0

0

0

0

R6

Wijkfondsen

349

0

0

349

0

0

349

0

0

349

0

0

349

0

0

349

R6

Bewonersbudgetten

413

0

0

413

0

0

413

0

0

413

0

0

413

0

0

413

R6

Pakketmaatregelen WMO

500

0

0

500

0

0

500

0

0

500

0

0

500

0

0

500

R6

Beschermd en Weerbaar

1.752

0

500

1.252

0

0

1.252

0

0

1.252

0

0

1.252

0

0

1.252

R6

Herstructurering OGGz

456

0

0

456

0

0

456

0

0

456

0

0

456

0

0

456

R6

Noodfonds

2.000

11.250

0

13.250

2.300

0

15.550

1.200

0

16.750

1.180

0

17.930

0

0

17.930

R6

Burgerinitiatieven sociaal Domein

0

2.000

0

2.000

0

0

2.000

0

0

2.000

0

0

2.000

0

0

2.000

R7

Volksgezondheid regio focuspunten

25

0

25

0

0

0

0

0

0

0

0

0

0

0

0

0

R7

Toezicht peuterspeelzalen en gastouderopvang

172

0

0

172

0

60

112

0

50

62

0

25

37

0

2

35

R7

Ondergronds Afval Transport

2.020

0

2.020

0

0

0

0

0

0

0

0

0

0

0

0

0

R7

Huishoudelijk afval

1.388

0

250

1.138

0

250

888

0

100

788

0

0

788

0

0

788

R7

GRP-dekking kapitaallasten

24.792

3.532

859

27.465

95

20.888

6.672

0

6.538

134

0

134

0

0

0

0

R7

Duurzame energiemaatregelen

218

10

218

10

0

0

10

0

0

10

0

0

10

0

0

10

R8

Omgevingslawaai

135

0

0

135

0

82

53

0

0

53

0

0

53

0

0

53

R8

Wonen boven winkels

743

0

743

0

0

0

0

0

0

0

0

0

0

0

0

0

R8

Risicobeheer Arnhem Centraal

7.319

500

5.900

1.919

0

774

1.145

0

0

1.145

0

0

1.145

0

0

1.145

R8

Grondexploitatie

1.151

19

0

1.170

1.034

0

2.204

12

0

2.216

619

0

2.835

205

0

3.040

R8

Voorstudies

0

0

0

0

0

0

0

0

0

0

0

0

0

0

0

0

R8

Strategische posities

0

0

0

0

0

0

0

0

0

0

0

0

0

0

0

0

R8

Herstructureringsgebieden

2.260

0

0

2.260

0

0

2.260

0

2.260

0

0

0

0

0

0

0

R8

Volkshuisvesting

2.061

60

2.020

101

60

75

86

60

75

71

60

75

56

60

75

41

R8

Starters- en duurzaamheidsleningenleningen

2.701

80

449

2.332

0

535

1.797

0

571

1.226

15

605

636

15

605

46

R8

Stimulering woningbouw

2.014

0

1.190

824

0

60

764

0

30

734

0

25

709

0

25

684

R8

Niet Gesprongen Explosieven

1.000

0

1.000

0

0

0

0

0

0

0

0

0

0

0

0

0

R8

Vastgoed

875

1.164

1.406

633

0

0

633

0

0

633

0

0

633

0

0

633

R8

Bouw- en sloopleges

0

0

0

0

0

0

0

0

0

0

0

0

0

0

0

0

R9

Taakmutaties Gemeentefonds-Overloop

5.196

289

5.119

366

495

386

475

647

482

640

535

564

611

0

0

611

R9

Frictiekosten en Organisatie-ontwikkeling

1.822

406

1.433

795

406

0

1.201

406

0

1.607

406

0

2.013

406

0

2.419

R9

Kapitaallasten diga

378

0

378

0

0

0

0

0

0

0

0

0

0

0

0

0

R9

ICT

742

400

63

1.079

0

61

1.018

0

58

960

0

55

905

0

55

850

R9

Kapitaallasten

0

1.908

493

1.415

0

114

1.301

0

114

1.187

0

113

1.074

0

113

961

Totaal

97.462

36.857

40.329

93.990

14.094

41.345

66.739

11.051

15.935

61.855

10.282

10.375

61.762

7.010

14.573

54.199

6.3.4 EMU-saldo 2016

Sinds 1999 bestaat de Economische en Monetaire Unie (EMU), die in Europa verantwoordelijk is voor het gezamenlijke monetaire beleid van de deelnemende landen. Deze EMU-landen zijn gehouden aan de –met elkaar afgesproken- eis om het begrotingstekort van de overheid niet te laten stijgen boven de 3% van het bruto binnenlands product (BBP). Deze grens van 3% geldt voor de gehele overheid, dus inclusief de gemeenten, provincies en waterschappen.
In 2011 hebben de Europese regeringsleiders deze afspraak herbevestigd nadat een groot aantal landen als gevolg van de economische crisis een EMU-tekort presenteerde dat hoger was dan de overeengekomen 3%. De afspraak is in Nederland vertaald in de wet Houdbare Overheidsfinanciën (wet Hof), die op 1 januari 2014 van kracht is geworden.
Eén van de uitwerkingen van de wet Hof is de verplichting voor decentrale overheden, waaronder gemeenten, in de begroting het EMU-saldo te presenteren, dat voortvloeit uit die begroting.
Het EMU-saldo wordt berekend op een manier die afwijkt van de manier waarop bij gemeenten het begrotingsresultaat wordt bepaald. Decentrale overheden zijn gehouden aan de regelgeving in het BBV, dat uitgaat van een stelsel van baten en lasten. Het zogenaamde EMU-saldo is een saldo van inkomsten en uitgaven (dus op kasbasis) en om dat te kunnen bepalen uitgaande van het begrote saldo van lasten en baten is een aanvullende berekening nodig.  

In het overzicht is het EMU-saldo berekend voor de jaren 2015 tot en met 2017, zoals dat voortvloeit uit deze begroting.

2015

2016

2017

x € 1.000

Exploitatiesaldo vóór toevoeging aan c.q. onttrekking uit reserves

-8.871

-19.281

-1.824

Afschrijvingen ten laste van de exploitatie

25.744

28.462

29.864

Bruto dotaties aan de post voorzieningen ten laste van de exploitatie

4.459

3.586

3.586

Uitgaven aan investeringen in (im)materiële vaste activa die op de balans worden geactiveerd

-61.722

-38.760

-77.936

In mindering op de onder vraag 4 bedoelde investeringen gebrachte ontvangen bijdragen van het Rijk, de Provincies, de Europese Unie en overigen

5.250

Verkoopopbrengsten uit desinvesteringen in (im)materiële vaste activa (tegen verkoopprijs)

Boekwinst op desinvesteringen

Uitgaven aan aankoop van grond en de uitgaven aan bouw-, woonrijp maken e.d.

Verkoopopbrengsten van grond (tegen verkoopprijs)

Boekwinst op grondverkopen

Betalingen ten laste van de voorzieningen

-2.828

-3.442

-2.050

Boekwinst bij verkoop van deelnemingen en aandelen

Betalingen die niet via de exploitatie lopen, maar rechtstreeks ten laste van de reserves worden gebracht en die nog niet vallen onder één van de andere genoemde posten

Berekend EMU-saldo

-43.218

-29.435

-43.110

In het bestuurlijk overleg van 18 januari 2013 is voor de decentrale overheden de zogenoemde macroreferentiewaarde voor 2016 vooralsnog vastgesteld op 0,4% van het Bruto Binnenlands Product (BBP), waar deze voor de jaren 2014 en 2015 gefixeerd was op 0,5% van het BBP. Eind 2015 zal in een nieuw bestuurlijk overleg worden bezien of op basis van de dan beschikbare informatie over realisaties van het EMU-saldo de daling van de macroreferentiewaarde van 0,5% naar 0,4% verantwoord en mogelijk is.
Individuele referentiewaardes voor de decentrale overheden zullen dan eveneens worden vastgesteld. Deze zijn tijdens het opstellen van deze MJPB nog niet bekend. Vooruitlopend daarop kan al gesteld worden dat de MJPB 2016 - 2019 aangeeft dat het EMU-saldo van Arnhem voor de jaren 2016 en 2017 de individuele referentiewaarde naar verwachting zal overschrijden.

Overigens hoeft overschrijden van de individuele referentiewaarde niet meteen te betekenen dat de gemeente zal worden geconfronteerd met repercussies. Pas wanneer uit ramingen of uit realisaties blijkt dat het collectieve aandeel van de gezamenlijke decentrale overheden in het EMU-saldo de macroreferentiewaarde meerjarig overschrijdt, kunnen na bestuurlijk overleg maatregelen worden "gesteld ter naleving van het vastgestelde resultaat in termen van het collectief aandeel in het EMU-saldo van de decentrale overheden gezamenlijk". Alleen wanneer uit realisaties een meerjarige overschrijding blijkt kunnen sancties deel uitmaken van de genoemde maatregelen.Wanneer Nederland als geheel de Europese norm overschrijdt en daarvoor beboet wordt èn de decentrale overheden overschrijden de aan hen toegekende macroreferentiewaarde kan in bestuurlijk overleg worden vastgesteld welk deel van de boete wordt toegerekend aan provincies, gemeenten of waterschappen gezamenlijk.

In de begrotingen voor 2016 wordt het toegestane EMU-tekort overschreden als gevolg van enerzijds een negatief begrotingsresultaat en anderzijds investeringen in het MIP:
- Verkeersinvesteringen € 11,9 miljoen.
- Gemeentelijk rioleringsplan € 8,5 miljoen.
- Een grote reeks van verhoudingsgewijs kleine investeringen.

Naarmate het toegestane EMU-tekort voor decentrale overheden lager wordt vastgesteld zal het moment dichterbij komen dat gemeenten in de planning van hun investeringen expliciet rekening moeten houden met het EMU-saldo. Wanneer de macroreferentiewaarde daalt en meer gemeenten tegen hun individuele referentiewaarde aanlopen, of die overschrijden, wordt de kans kleiner dat overschrijdingen door de ene gemeente gedekt kunnen worden door onderschrijdingen van andere gemeenten.

Dit kan leiden tot overwegingen bij het maken van investeringskeuzes die gemeenten tot dusver niet hebben gehanteerd. Het voorhanden zijn van dekking voor de kapitaallasten van voorgenomen investeringen zal dan niet meer voldoende zijn. De situatie kan ontstaan dat investeringen tegen elkaar afgewogen moeten worden of gerealiseerd moeten worden in PPS-constructies, waarbij de investeringen niet door de gemeente zelf worden gedaan.